Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Dezen zijn het, [11]die met vrouwen niet bevlekt zijn, want zij zijn maagden; dezen zijn het, die het Lam volgen, waar Het ook heengaat; dezen zijn gekocht uit de mensen, [tot] [12]eerstelingen Gode en het Lam. 11. Dit kan niet verstaan worden van den huwelijken staat, gelijk sommigen drijven. Want die is eerlijk onder allen en het bed onbevlekt, gelijk Paulus getuigt Hebr.13:4; en Christus wordt gevolgd waar Hij gaat, niet alleen van de gelukzaligen die hier ongetrouwd zijn geweest, maar ook van de getrouwden, als patriarchen, apostelen, martelaars en talloze anderen, gelijk de Schrift spreekt 2 Kor.5:6 enz., 1 Thess.4:17, enz. Maar door deze maagden worden hier verstaan degenen, die met haar geloof en ware belijdenis van Christus, haar Bruidegom standvastig zijn bijgebleven, als de hoer van Babel met den kelk van hare hoererij, dat is afgoderij, alle koningen en volken der aarde heeft dronken gemaakt. Waarvan het in het vervolg breder gesproken zal worden. Op gelijke wijze spreekt ook de apostel Paulus van allerlei ware gelovigen; 2 Kor.11:2. 12. Dat is, opdat zij Gode en het Lam heilig en eigen zouden zijn, gelijk de eerstelingen der vruchten Gode moesten geheiligd en toegeeigend worden. Zie Lev.23:10; Num.15:20, enz.